Article 1, Section 8, luidt:
Het Congres heeft de macht om belastingen, heffingen, imposten en accijnzen te heffen en te innen, om de schulden te betalen en te voorzien in de gemeenschappelijke verdediging en het algemeen welzijn van de Verenigde Staten; maar alle heffingen, imposten en accijnzen zullen uniform zijn in de Verenigde Staten;
Om geld te lenen op het krediet van de Verenigde Staten;
Om de handel met vreemde naties te regelen, en tussen de verschillende staten, en met de Indiaanse stammen;
Om een uniforme regel van naturalisatie vast te stellen, en uniforme wetten op het onderwerp van faillissementen in de hele Verenigde Staten;
Om geld te munten, de waarde ervan te regelen, en van buitenlandse munten, en de standaard van gewichten en maten vast te stellen;
Te voorzien in de bestraffing van vervalsing van de effecten en lopende munten van de Verenigde Staten;
Postkantoren en postwegen op te richten;
De vooruitgang van wetenschap en nuttige kunsten te bevorderen, door voor beperkte tijd aan auteurs en uitvinders het exclusieve recht op hun respectievelijke geschriften en ontdekkingen te verzekeren;
Tot het vormen van rechtbanken inferieur aan het Hooggerechtshof;
Om piraterij en misdaden begaan op volle zee, en overtredingen tegen het Recht van Naties te definiëren en te bestraffen;
Om oorlog te verklaren, brieven van Marque en Reprisal te verlenen, en regels te maken betreffende de gevangenneming te land en te water;
Om legers op te richten en te ondersteunen, maar geen enkele toewijzing van geld voor dat gebruik zal voor een langere termijn dan twee jaar zijn;
Om een marine te voorzien en te onderhouden; Om regels te maken voor de regering en regulering van de land- en zeemacht;
Om te voorzien in het oproepen van de militie om de wetten van de Unie uit te voeren, opstanden te onderdrukken en invasies af te slaan;
Om de militie te organiseren, bewapenen en disciplineren, en om dat deel van hen te besturen dat in dienst van de Verenigde Staten kan zijn, waarbij de benoeming van de officieren en het gezag om de militie te trainen volgens de door het Congres voorgeschreven discipline, voorbehouden blijft aan de Staten respectievelijk;
Om in alle gevallen exclusieve Wetgeving uit te oefenen over een District (niet meer dan tien Mijl in het vierkant) dat, door Cessie van bepaalde Staten, en de Aanvaarding van het Congres, de Zetel van de Regering van de Verenigde Staten kan worden, en om eenzelfde Autoriteit uit te oefenen over alle Plaatsen, aangekocht door de toestemming van de Wetgevende Macht van de Staat waarin dezelve zich zal bevinden, voor de oprichting van Forten, Magazijnen, Arsenalen, dokwerven en andere noodzakelijke Gebouwen;-En om alle wetten te maken die nodig en gepast zijn om de voorgaande bevoegdheden uit te voeren, en alle andere bevoegdheden die door deze grondwet aan de regering van de Verenigde Staten, of aan enig departement of functionaris daarvan, zijn toegekend.
Artikel IV, Sectie 3, luidt:
Nieuwe Staten kunnen door het Congres tot deze Unie worden toegelaten; doch geen nieuwe Staat zal worden gevormd of opgericht binnen het rechtsgebied van een andere Staat; noch zal een Staat worden gevormd door de samenvoeging van twee of meer Staten, of delen van Staten, zonder de instemming van de Wetgevende Vergaderingen van de betrokken Staten, alsmede van het Congres.
Het Congres is bevoegd te beschikken over en alle noodzakelijke regels en voorschriften te maken met betrekking tot het grondgebied of andere eigendommen die aan de Verenigde Staten toebehoren; en niets in deze Grondwet zal zo worden uitgelegd dat het een Voordeel vormt voor aanspraken van de Verenigde Staten of van een bepaalde Staat.
Amendement XVI (geratificeerd op 3 februari 1913) luidt: