Aphrodite (Oudgrieks: Ἀφροδίτη, Aphrodítē) is de Oudgriekse godin van de liefde, schoonheid. Ze was ook de godin van de voortplanting. Aphrodite is één van de Twaalf Olympiërs. Aphrodite, de mooiste en meest verfijnde van de godinnen, was getrouwd met Hephaestus, god van het vuur en de metaalbewerking. Aphrodite had talrijke affaires met andere wezens, waarvan Ares, de god van de oorlog, de meest opvallende was.
Op de berg Olympus
Dolfijn, Roos, Sint Jacobsschelp, Myrtle, Duif, Mus, Gordel, Spiegel, Parel en Zwaan
Hephaestus, Ares, Poseidon, Hermes, Dionysus, Adonis en Anchises
Met Ares: Eros, Phobos, Deimos, Harmonia, Pothos, Anteros, Himeros,
Met Hermes: Hermaphroditus,
Met Poseidon: Rhodos, Eryx,
Met Dionysus: Peitho, de Gratiën, Priapus,
Met Anchises: Aeneas
In de Ilias: Zeus en Dione
In Theogonie:
Aeacus, Angelos, Apollo, Ares, Artemis, Athena, Dionysus, Eileithyia, Enyo, Eris, Ersa, Hebe, Helena van Troje, Hephaestus, Herakles, Hermes, Minos, Pandia, Persephone, Perseus, Rhadamanthus, de Gratiën, de Horae, de Litae, de Muzen, de Moirai, of de Titanen, de Cyclopen, de Meliae, de Erinyes (Furiën), de Giganten, de Hekatonkheires
Venus
Inanna/Ishtar
Astarte
In de Ilias van Homerus, een van de Oceaniden.In Hesiod’s Theogonie wordt echter beweerd dat Aphrodite is verrezen uit zeeschuim, gevormd op de plaats waar Uranos’ geslachtsdelen terechtkwamen, nadat Kronos hem had gecastreerd en in zee had gegooid. De cultus van Aphrodite concentreerde zich op de eilanden Cythera en Cyprus, die beide als haar geboorteplaats werden beschouwd. Haar belangrijkste festival was de Aphrodisia, die jaarlijks in midzomer werd gevierd. De Charites (mindere godinnen van gratie en pracht) verzorgden Aphrodite en dienden als haar dienstmaagden. Aphrodite’s symbolen zijn onder andere de dolfijn, mirte, roos, duif, mus, zwaan en parel, en de duif, mus en zwaan waren haar heilige dieren. De godin Venus is haar Romeinse equivalent. Aphrodite werd vaak beschreven als zeer mooi, en werd gebruikt als vergelijkingspunt voor vrouwelijke schoonheid – maar net zo mooi als zij was, was zij net zo slim en wijs.