zero = niet een Bij telbare zelfstandige naamwoorden wordt zero altijd gevolgd door meervoudige zelfstandige naamwoorden. Bij niet-telbare zelfstandige naamwoorden wordt de enkelvoudsvorm gebruikt. Vergelijk het volgende:
Wij zullen dit jaar waarschijnlijk nul groei op de beurs zien.
Wij zullen dit jaar waarschijnlijk geen groei op de beurs zien.
no = not a / not any Bij telbare zelfstandige naamwoorden wordt no gewoonlijk gevolgd door meervoudsvormen. Het klinkt natuurlijker en is zinvoller om te zeggen:
Er mogen geen honden, tenzij aangelijnd, in de bloementuin.
In heel augustus zijn er in Chelsea geen verkeersongevallen gemeld.
dan:
Er mogen geen honden, tenzij aangelijnd, in de bloementuin.
Er is in heel augustus geen verkeersongeval gemeld in Chelsea.
Soms kan nee gevolgd worden door enkelvoud of meervoud, afhankelijk van of men aan één of aan meer dan één denkt:
Het was 9 uur ’s ochtends, maar er waren geen politieagenten buiten de ambassade.
In het Premiership van afgelopen zaterdag werd geen enkele speler uit het veld gezonden.
In het Premiership van afgelopen zaterdag werd geen enkele speler uit het veld gezonden.
In het Premiership van afgelopen zaterdag werd geen enkele speler uit het veld gezonden.
Soms is het natuurlijker om enkelvoud en meervoud te combineren:
(Een man heeft gewoonlijk één vrouw, maar vaak meer dan één kind!) nee = nadrukkelijk gebruik Merk op dat we neigen nee te gebruiken, in plaats van niet een of niet een, als we een negatief idee willen benadrukken. In het voorbeeld van de eenzame man hierboven is nee doeltreffender dan niet een / niet een. Vergelijk:
Bij onderwerpelijke zelfstandige naamwoorden, wanneer nee nadrukkelijk wordt gebruikt, is niet een / niet een niet mogelijk:
Geen enkele schrijver heeft meer dan eens de Booker prijs gewonnen.
Merk op dat het gebruik van het enkelvoud in deze voorbeelden natuurlijker klinkt. no collocations Er zijn een aantal veelvoorkomende zelfstandige naamwoorden die normaal met no worden gecombineerd, in plaats van met not a of not any. De meeste zijn niet-telbaar en omvatten geen hoeveelheid, geen tijd, geen idee, geen twijfel, geen reden, geen noodzaak, geen bewijs, geen probleem, geen manier, geen punt, geen gebruik. Bestudeer deze voorbeelden van gebruik:
Er is geen tijd te verliezen. We moeten onmiddellijk vertrekken.
Ik heb geen idee hoe u dit probleem oplost. Het gaat me boven de pet. Er was geen twijfel dat ze gelogen had. Al het bewijs wees op haar schuld. Ik heb geen reden om te denken dat hij niet terugkomt. Hij heeft mij net zo hard nodig als ik hem. Je hoeft niet te huilen. We komen er samen wel uit. Ze klaagde over pijn op de borst, maar de dokters vonden geen infectie. Kun je me helpen met strijken? ~ Geen probleem. Ik heb ’t vanavond niet druk. Kun je me helpen met schoonmaken? ~ Geen sprake van. Ik moet om zeven uur weg zijn. Het heeft geen zin om te schreeuwen. Hij is doof en kan je niet horen. Het heeft geen zin om te klagen. Ze doen toch geen moeite om je brief te beantwoorden.