Er moet worden erkend dat er niet één enkele vitamine D-verbinding is, maar dat er een familie van verbindingen is die vitamine D-activiteit vertonen. De belangrijkste van de vitamine D-verbindingen zijn de vitamines D2 en D3 (fig. 1), en de belangrijkste daarvan is vitamine D3 of cholecalciferol. De basis voor deze verklaring is dat vitamine D3 de vitamine is die in de huid wordt geproduceerd door ultraviolette bestraling. Vitamine D2 wordt echter geproduceerd door ultraviolette bestraling van het plantensterol ergosterol (Fig. 2). De fotolyse-reactie waarbij de 5,7-dieen-sterolen worden omgezet in de overeenkomstige D-vitaminen, zoals in fig. 3 is aangegeven, is intensief onderzocht. Het is bekend dat ultraviolet licht van 250-310 nm de fotolytische omzetting van vitamine D in de pre-vitamine D teweegbrengt (Havinga, 1973, Velluz en Amiard, 1949a). Verdere activering door lichtfotonen leidt tot de vorming van tachysterol, een betrekkelijk onstabiel bestralingsproduct, en lumisterol. Het previtamine D is in thermisch evenwicht met vitamine D3 en zal bij verwarming snel omzetten in de vitamine D-structuur. Het evenwicht is temperatuurafhankelijk, en de relatieve concentraties van de vormen van vitamine D bij
evenwicht zijn een functie van de temperatuur (Velluz en Amiard, 1949b; Velluz et al, 1949). Bij kamertemperatuur verloopt de omzetting van de previtamine in de vitamine langzaam, en zelfs bij huidtemperaturen is het een zeer langzaam proces.