Fluctuerende stroomsnelheden, totale stromingsvolumes en de frequentie van een wisselende stroming worden gemeten met een instrument dat is gebruikt bij onderzoek naar de ademhaling bij het kalf. Het instrument bestaat uit drie eenheden, één, een stroommeettoestel in de vorm van een fijnmazig gaasje dat onder laminaire stromingsomstandigheden wordt gebruikt; twee, een magnetische inductiemanometer verbonden met een versterker-detector en een oscillator en drie, een elektronische integrator.
De verhouding tussen debiet en druk van het gaasje is praktisch lineair; ±3,5 l./s levert een drukval van ±1,25 mm water op. De uitgang van de versterker-detector is ±9 V, d.c. voor een druk van ±1,5 mm water; de lineariteit van de volledige manometer ligt binnen 1%. De nauwkeurigheid van de integrator is normaal ±2½% van de volle schaal op elk van de acht bereiken tussen 0-5 l. en 0-400 l.
Getrouwe debieten en totaal debiet worden aangegeven op een paneelmeter met een schaal van 5 inch en momentane debieten op een externe oscilloscoop. De integratietijd wordt geregeld door een elektrisch uurwerk en elke debietverandering wordt geregistreerd op een elektromagnetische teller.