Met een breed scala aan diafragma-instellingen om uit te kiezen, hoe weet je wanneer je voor een groot diafragma moet gaan in plaats van een klein diafragma? Dit spiekbriefje voor fotografie geeft u een idee.

Of u nu net de overstap maakt van een smartphonecamera of een alledaagse digitale camera, het werken met diafragma-instellingen kan verwarrend zijn. Wanneer kies je een kleiner diafragma boven een groter diafragma? Welk effect heeft een groter diafragma op een foto? Dit kunnen enkele van de vragen zijn die u zich stelt, dus we delen precies het juiste spiekbriefje om u te helpen er wijs uit te worden.

In een tutorial van Digital Camera World, bespreken ze hoe het aanpassen van het diafragma van de lens een grote rol speelt in het resulterende beeld. In een notendop, hoeveel licht er door de lens valt bij een bepaalde sluitertijd hangt af van de diafragma-instelling. U kunt een diafragma kiezen via de bedieningselementen van de camera of via de ring rond de objectiefcilinder. Hoe dan ook, als je het diafragma verandert, worden de lamellen in de lens verplaatst om een grotere opening te creëren. Hoe kleiner het diafragmagetal, hoe groter de opening; f1.4 of f2.8 komen overeen met een groot diafragma, terwijl f16 en f22 kleine of smalle diafragma’s zijn.

Dus, wanneer ga je wijd of smal? Het spiekbriefje in de Tips & Tricks geeft een samenvatting:

Gebruik een klein diafragma om:

  1. De scherptediepte te vergroten om de hele scène scherp te krijgen. Dit is vooral belangrijk voor landschapsfotografie;
  2. De fijne details die op uw foto worden vastgelegd, maximaliseren. Dit werkt geweldig voor landschapsfoto’s en zelfs architectuurfotografie;
  3. Werk met langere sluitertijden wanneer u creatieve bewegingsonscherpe effecten wilt zoals sterrensporen (astrofotografie) en lichtsporen (straatfotografie ’s nachts).

Gebruik een groot diafragma om:

  1. Een geringe scherptediepte te verkrijgen om de achtergrond onscherp te maken en de aandacht op uw onderwerp te richten;
  2. Het onderwerp te scheiden van een rommelige of afleidende achtergrond;
  1. Laat meer licht in de sensor zodat u snellere sluitertijden kunt gebruiken om actie te bevriezen of cameratrilling te voorkomen;
  2. Creëer kunstzinnige abstracte foto’s wanneer u fotografeert met een macro-objectief door te bepalen welke delen van de compositie scherp zijn.

Klaar om door te gaan naar het volgende gerelateerde spiekbriefje? We stellen voor om vier scherptedieptebeslissingen te bekijken.

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.