Hoe het werkt Netvlieslagen Structuur Soorten beschadigingen
Photoreceptoren Bindweefsel Gat / Rimpel in de macula Suikerbalans Vitamine A
Het netvlies is opgebouwd uit verschillende lagen zenuwcellen, fotoreceptoren, pigment en bloedvaten die de binnenkant van de oogbol omzomen. Het netvlies strekt zich uit over de binnenzijde van de gehele achterkant van het oog. Het centrale deel van het netvlies wordt de macula genoemd, die verantwoordelijk is voor het centrale gezichtsvermogen.
Hoe licht wordt omgezet in zenuwimpulsen
Het licht dat door de flexibele lens valt, het netvlies treft en wordt omgezet in zenuwimpulsen, verloopt volgens een interessant proces. Het licht moet door lagen van zenuwcellen, fotoreceptoren, pigmentcellen en bloedvaten voordat het het netvlies bereikt. Muller cellen zijn levende optische vezels die de zenuwcellen ondersteunen. Zij liggen buiten het netvlies in lange cilindrische buizen die het licht naar het netvlies zenden.1
De fotoreceptoren (staafjes en kegeltjes) in het netvlies kegeltjes absorberen fotonen van licht en veranderen daarbij van vorm. De vormverandering brengt chemische en elektrische impulsen op gang die op hun beurt zenuwimpulsen stimuleren die de boodschap van wat wordt gezien via de oogzenuw naar de hersenen zenden.
Retinale lagen
De 2 lagen van het netvlies zorgen voor de transmissie van het licht van buiten naar de hersenen. Een verscheidenheid van netvliesaandoeningen ontstaat door misvormingen in de verschillende lagen.
- De buitenste laag bevat zenuwcellen, ganglia genaamd, die axonen bevatten die optische boodschappen doorgeven aan de hersenen. Deze laag zenuwcellen en de grote oogzenuw waarmee zij in verbinding staan, zijn eigenlijk hersenweefsel en worden beschouwd als deel van het centrale zenuwstelsel.
- De fotoreceptorlaag bevat lichtgevoelige staafjes en kegeltjes. Deze fotoreceptoren zijn grote chemische moleculen die van grootte veranderen wanneer zij van energie worden voorzien. Deze oppepper is een grotere dan normale energietoestand, en wanneer hij “ontspant” geeft hij die energie door aan de zenuwuiteinden. In de staafjes (voor zwak licht en zwart/wit-zicht) worden deze moleculen rhodopsine genoemd, en in de kegeltjes (voor kleurenzicht) staan ze bekend als jodpisine.
- De volgende gepigmenteerde laag wordt retinaal epitheel of RPE genoemd. Deze cellen zijn een enkele laag van zeshoekige cellen van pigmentbits dicht opeengepakt. Het belangrijke pigment van deze cellen is wat het netvlies beschermt tegen de schadelijke effecten van zonlicht. Het lichaam bouwt omega-3 vetzuren op in de RPE om de fotoreceptorstructuur in stand te houden, en glucose om energie te leveren aan het netvlies en andere noodzakelijke bestanddelen aan het vaatvlies en het netvlies. Bovendien helpt deze dunne laag overtollig vocht af te voeren, de pH-balans te handhaven en zich te ontdoen van beschadigde of dode oude, buitenste fotoreceptorcellen.
- Het membraan van Bruch is een barrière en filter tussen de RPE en de choroïdale laag, en scheidt bloed van neuronen. Het omvat bindweefsel en minuscule choriocapillairen die voedingsstoffen en zuurstof naar de cellen transporteren. Het is een elastische laag die dikker wordt naarmate men ouder wordt, waardoor de capaciteit van de haarvaten om voeding en zuurstof naar de andere delen van het netvlies te brengen, beperkt wordt. De fotoreceptorcellen hebben veel zuurstof nodig voor energie en hebben een constante toevoer van zuurstofdragend bloed nodig, maar de neuronen hebben ruimte nodig tussen de neuronen/asonen zonder binnendringing van vocht of andere afvalstoffen. Het membraan van Bruch voorziet in deze behoefte.
- De choroïdlaag bevat bindweefsel met veel bloedvaten. Het levert voeding en zuurstof aan de buitenste lagen van het netvlies. Het bestaat uit de laag van Haller, met grotere bloedvaten, de laag van Sattler, met middelgrote aders en slagaders, en choriocapillairen, een laag van zeer fijne haarvaten. Dan scheidt het membraan van Bruch dit deel van de RPE en de binnenste delen van het netvlies.
Retina schade
Retina schade kan verschillende vormen aannemen:
- Algemene schade aan het netvlies
- Schade aan de fotoreceptoren
- Schade aan het bindweefsel
- Schade aan het bindweefsel (gaatje)
- Schade aan het suikerevenwicht