Kabelbomen worden gewoonlijk ontworpen aan de hand van geometrische en elektrische vereisten. Vervolgens wordt een schema gemaakt (op papier of op een beeldscherm) voor de voorbereiding en montage van de assemblage.
De draden worden eerst op de gewenste lengte geknipt, meestal met behulp van een speciale draadsnijmachine. De draden kunnen ook worden bedrukt door een speciale machine tijdens het knippen of op een aparte machine. Hierna worden de uiteinden van de draden gestript om het metaal (of de kern) van de draden bloot te leggen, die worden voorzien van de eventueel vereiste aansluitklemmen of connectorbehuizingen. De kabels worden geassembleerd en samengeklemd op een speciale werkbank, of op een pennenbord (assemblageplaat), volgens de ontwerpspecificatie, om de kabelboom te vormen. Na het aanbrengen van eventuele beschermhulzen, doorvoeren of geëxtrudeerd garen, wordt de kabelboom ofwel rechtstreeks in het voertuig gemonteerd, ofwel verzonden.
Ondanks de toenemende automatisering blijft handmatige fabricage de voornaamste methode voor de productie van kabelbomen in het algemeen, vanwege de vele verschillende processen die hierbij betrokken zijn, zoals:
- Het geleiden van draden door hulzen,
- Het omwikkelen met weefselband, in het bijzonder op aftakkingen van draadstrengen,
- Het krimpen van klemmen op draden, in het bijzonder voor zogenaamde meervoudige krimpen (meer dan één draad in één klem),
- Het inbrengen van een huls in een andere,
- Het vastzetten van strengen met tape, klemmen of kabelbinders.
Het is moeilijk deze processen te automatiseren, waarbij de grote leveranciers nog steeds handmatige produktiemiddelen gebruiken en slechts gedeelten van het proces automatiseren. Handmatige produktie blijft kosteneffectiever dan automatisering, vooral bij kleine partijen.
Voorproduktie kan gedeeltelijk worden geautomatiseerd. Dit beïnvloedt:
- Het knippen van afzonderlijke draden (knipmachine),
- Draad strippen (geautomatiseerde draadstripmachines),
- Het klemmen aan één of beide zijden van de draad,
- Het gedeeltelijk inpluggen van draden met aansluitklemmen in connectorbehuizingen (module),
- Solderen van draadeinden (soldeermachine),
- Draaien van draden.
Een kabelboom moet ook worden vervaardigd met een terminal, gedefinieerd als “een apparaat dat is ontworpen om een geleider af te sluiten die moet worden bevestigd aan een paal, tap, chassis, een andere tong, enz. om een elektrische verbinding tot stand te brengen.” Enkele soorten terminals zijn ring, tong, spade, vlag, haak, blade, quick-connect, offset en flagged.
Als een kabelboom eenmaal is geproduceerd, wordt deze vaak onderworpen aan diverse tests om de kwaliteit en functionaliteit te waarborgen. Een testbord kan worden gebruikt om de elektrische mogelijkheden van de kabelboom te meten. Dit wordt bereikt door de invoer van gegevens over een circuit waarvan één of meer kabelbomen deel zullen uitmaken, in het testbord te programmeren. Vervolgens wordt gemeten of de kabelboom in staat is in de gesimuleerde schakeling te functioneren.
Een andere populaire testmethode voor een kabelboom is een “trektest”, waarbij de kabelboom wordt bevestigd aan een machine die met een constante snelheid aan de kabelboom trekt. Bij deze test worden de sterkte en de elektrische geleiding van de kabelboom bij het trekken gemeten aan de hand van een minimumnorm, om ervoor te zorgen dat kabelbomen consequent effectief en veilig zijn.