Abstract
Elektrische stimulatie kan sommige ernstige en anders aanhoudende pijnen verlichten. Op zijn best kan het gepaard gaan met ofwel een geleidelijke vermindering van de pijn, ofwel een groter vermogen van de patiënt om zijn lijden onder controle te houden. Het lijkt bijzonder geschikt voor gebruik op het gebied van goedaardige aanhoudende pijn. Het ontwerp van de apparatuur en de materialen, met name voor implanteerbare circuits, zijn niet perfect. De ontwikkeling in de richting van percutane implantatie, waardoor open operaties overbodig worden, lijkt steeds meer ingang te vinden. Elke eenheid of groep die deze vorm van behandeling toepast, moet bereid zijn grote technische voorzieningen te treffen, zowel in de vorm van mensen als van apparatuur, om het hoofd te kunnen bieden aan de vele zuiver technische problemen die zich voordoen. Er lijkt veel kennis, zowel neurofysiologisch als neurochemisch, voort te komen uit het klinisch gebruik van elektrische stimulatie. Wij zouden er goed aan doen van deze gelegenheid gebruik te maken, in de hoop dat zij ons kan leiden tot een beter begrip van de werking van het zenuwstelsel. Deze overweging vertoont een opmerkelijke gelijkenis met een opmerking van John Hunter in zijn voordracht voor de Royal Society in 1773 (13), die vooruitliep op het besef van de rol die elektriciteit speelt bij de werking van zenuwen. Na zijn beschrijving van de buitengewone innervatie van de elektrische organen van de Torpedovis, schreef hij: ‘In hoeverre dit in verband kan worden gebracht met de kracht van de zenuwen in het algemeen, of in hoeverre dit kan leiden tot een verklaring van hun werking, kunnen alleen de tijd en toekomstige ontdekkingen volledig bepalen.’