Abstract

Adventieve ademhalingsgeluiden (ARS) geven waardevolle informatie over het ademhalingssysteem en kunnen bijdragen aan het diagnosticeren van acute exacerbaties bij Chronic Obstructive Pulmonary Disease (AECOPD). Het is echter onbekend hoe ARS zich gedragen tijdens stabiele en exacerbatie periodes van de ziekte. Daarom werd in deze studie ARS vergeleken tussen patiënten met stabiele en exacerbatie COPD.

27 poliklinische patiënten namen deel, 13 met stabiele COPD (69±9jr; FEV1 70,9±21,4% voorspeld) en 14 met een AECOPD (67±12jr; FEV1 58,7±19,8% voorspeld). Ademhalingsgeluiden werden gelijktijdig rechts- en linksachter in de borstkas opgenomen met behulp van stethoscopen met microfoons in de hoofdbuis. De luchtstroom werd gestandaardiseerd (0,4-0,6l/s) en geregistreerd met een pneumotachograaf. Ademhalingsfasen werden gedetecteerd met behulp van de luchtstroomsignalen en ARS met ontwikkelde algoritmen. De gegevens worden weergegeven als mediaan.

Groepen vertoonden geen verschillen met betrekking tot leeftijd (p=.51) of GOLD graad (p=.41). Patiënten met AECOPD hadden significant meer inspiratoire (2,97 vs. 1,20, p<.001) en expiratoire (3,17 vs. 0,83, p<.001) crackles. Het aantal piepende ademhalingen was ook significant hoger bij patiënten met AECOPD tijdens inspiratie (3,28% vs. 1,12%, p=.019) en expiratie (3,80% vs. 1,77%, p=.013) (Fig.1).

Kraken en piepende ademhalingen komen significant vaker voor bij patiënten met AECOPD. Deze bevindingen suggereren dat gecomputeriseerde auscultatie een nuttig instrument kan zijn bij de opsporing en/of follow-up van AECOPD.

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.