Muziekcompositie kan verwijzen naar een origineel muziekstuk, de structuur van een muziekstuk, of het proces van het creëren van een nieuw muziekstuk. Mensen die compositie beoefenen worden componisten genoemd. “Compositie” is de handeling of praktijk van het creëren van een lied of ander muziekstuk. In veel culturen, met inbegrip van de westerse klassieke muziek, kan de handeling van het componeren het creëren van muzieknotatie, zoals een bladmuziek “score”, die vervolgens wordt uitgevoerd door de componist of andere muzikanten. In populaire muziek en traditionele muziek kan het componeren, meestal songwriting genoemd, inhouden dat een basistekst van het lied wordt gemaakt, het leadsheet genoemd, waarin de melodie, de tekst en het akkoordenschema worden beschreven. In de klassieke muziek wordt de orkestratie meestal gedaan door de componist, maar in het muziektheater en in de popmuziek kunnen liedjesschrijvers een arrangeur inhuren om de orkestratie te doen. In sommige gevallen gebruikt een liedjesschrijver helemaal geen notenschrift, en componeert in plaats daarvan het lied mentaal en speelt of neemt het op uit het hoofd. In de jazz en de populaire muziek krijgen notabele opnamen van invloedrijke vertolkers het gewicht dat in de klassieke muziek aan geschreven partituren wordt toegekend.
Hoewel een muziekstuk vaak notenschrift gebruikt en één enkele auteur heeft, is dit niet altijd het geval. Een muziekstuk kan meerdere componisten hebben, wat vaak voorkomt in populaire muziek wanneer een band samenwerkt om een lied te schrijven, of in muziektheater, wanneer één persoon de melodieën schrijft, een tweede persoon de teksten schrijft, en een derde persoon de liedjes orkestreert. Een muziekstuk kan ook worden gecomponeerd met woorden, beelden, of computerprogramma’s die uitleggen of noteren hoe de zanger of musicus muzikale klanken moet maken. Voorbeelden hiervan variëren van avant-gardemuziek die gebruik maakt van grafische notatie, tot tekstcomposities zoals Aus den sieben Tagen, tot computerprogramma’s die geluiden selecteren voor muziekstukken. Muziek die veel gebruik maakt van willekeur en toeval wordt aleatorische muziek genoemd, en wordt geassocieerd met hedendaagse componisten uit de 20e eeuw, zoals John Cage, Morton Feldman, en Witold Lutosławski. Een meer bekend voorbeeld van op toeval gebaseerde muziek is het geluid van windklokkenspel in een briesje.
De studie van de compositie is van oudsher gedomineerd door onderzoek naar methoden en praktijk van de westerse klassieke muziek, maar de definitie van compositie is breed genoeg de creatie van populaire muziek en traditionele muziek liederen en instrumentale stukken en spontaan geïmproviseerde werken te omvatten, zoals die van free jazz performers en Afrikaanse percussionisten zoals Ewe drummers.
Alhoewel in de jaren 2000, wordt compositie beschouwd als bestaande uit de manipulatie van elk aspect van muziek ( harmonie, melodie, vorm, ritme, en timbre), volgens Jean-Benjamin de Laborde (1780, 2:12):