Jibrīl, ook gespeld als Jabrāʾīl of Jibreel, in de Islam, de aartsengel die optreedt als bemiddelaar tussen God en mensen en als drager van openbaringen aan de profeten, met name aan Mohammed. In de bijbelse literatuur is Gabriel de tegenhanger van Jibrīl.
Muhammad was zich er aanvankelijk niet van bewust dat Gabriël zijn tussenpersoon was, en de Qurʾān noemt hem slechts drie keer bij naam. Het is echter duidelijk uit de Sunnah en tafsīr literatuur, dat Jibrīl Mohammeds constante helper werd. Hij en de aartsengel Mīkāl zuiverden Mohammeds hart ter voorbereiding op de hemelvaart van de Profeet (Miʿrāj), en daarna leidde Jibrīl hem door de verschillende niveaus totdat zij de troon van God bereikten. Jibrīl hielp Mohammed ook in tijden van politieke crises, door hem te hulp te komen in de Slag bij Badr (624) met duizenden engelen, en hem vervolgens te vertellen de Joodse stammen van Banū Qaynuqāʿ en Banū Qurayẓah aan te vallen, die zich hadden verzet tegen Mohammeds leiderschap in Medina.
Muhammad hoorde over het algemeen alleen de stem van zijn inspiratie, maar volgens ʿĀʾishah, zijn vrouw, zag hij Jibrīl tweemaal “in de gedaante waarin hij geschapen was,” en bij andere gelegenheden nam hij een gedaante aan die leek op Diḥyah ibn Khalīfah al-Kalbī, een buitengewoon knappe discipel van Muhammad. Anderen hebben de aartsengel beschreven als hebbende 600 vleugels, elk paar zo enorm dat ze de ruimte tussen Oost en West opeisen. Jibrīl is ook afgebeeld als zittend op een stoel die tussen hemel en aarde zweeft. Het populaire beeld van Jibrīl is dat van een gewone man met tulband, gekleed in twee groene gewaden, gezeten op een paard of een muilezel.
Islamitische overleveringen over Jibrīl komen grotendeels overeen met de bijbelse verhalen over Gabriël, maar zijn speciale relatie met Mohammed heeft geleid tot een grote hoeveelheid mythische details. Jibrīl zou aan Adams zijde zijn verschenen na zijn uitdrijving uit het paradijs en hem hebben laten zien hoe te schrijven, ijzer te bewerken en tarwe te verbouwen. Jibrīl verscheen later in Egypte om Mozes te helpen en om de Egyptenaren te misleiden zodat zij de Rode Zee in gingen om de Joden te achtervolgen. Het aanroepen van Jibrīl en de andere aartsengelen neemt ook een belangrijke plaats in bij bepaalde volksgebruiken.