Q: Waar komen de verschillende namen van griepstammen, zoals H1N1 en H7N9, vandaan? – Claudia Mulder, Perth Amboy, NJ
A: Laten we eerst een stapje terug doen. Influenza virussen zijn verdeeld in drie categorieën: A, B en C, afhankelijk van hun antigeen-eiwit type. (Antigenen zijn elke vreemde substantie die een immuunreactie kan stimuleren, typisch aansporen antilichaam productie). Terwijl type C een milde ademhalingsziekte en B seizoensgebonden epidemieën kan veroorzaken, kan type A leiden tot ernstige wereldwijde pandemieën en is het type waarover je waarschijnlijk het meest in het nieuws hoort.
De Wereldgezondheidsorganisatie, die het classificatiesysteem in 1979 goedkeurde, verdeelde influenza A verder op basis van zijn oppervlakteglycoproteïnen, hemagglutinine (H) en neuraminidase (N). Van hemagglutinine, dat een rol speelt bij de binding van het virus aan gastheercellen, zijn 18 typen bekend; van neuraminidase, dat het virus helpt zich los te maken van de cel zodat het zich door het lichaam kan verspreiden, zijn er 11 bekend. De 198 mogelijke subtypes, van H1N1 tot H18N11, kunnen allemaal “vogelgriep” worden genoemd omdat wilde vogels de natuurlijke reservoirs van influenza A zijn. Een handvol kan echter mensen besmetten.